TWEE “RECHTVAARDIGEN ONDER DE
VOLKEREN” UIT BEEK
Op 10 september 2003 werd in de
synagoge van Meerssen, namens de ambassadeur van Israel,
postuum de Yad Vashem-onderscheiding uitgereikt aan:
Mevrouw Maria Helena Erkens-Rompen,
en
De Heer Jan Willem Erkens.
Beiden woonden tijdens de Tweede
Wereldoorlog in Beek aan de Sanderboutlaan. Zij hebben met
gevaar voor eigen leven een Joodse medeburger beschermd.
Daarom worden zij, aldus de ambassadeur, gehuldigd als
Rechtvaardige onder de Volkeren.
De Joodse medeburger is de destijds
eveneens in Beek wonende arts Max Rens. Hij verkeert op
90-jarige leeftijd nog steeds in goede gezondheid, en
bezoekt jaarlijks de Dodenherdenking in Beek. Hij is het
ook, die de Yad Vashem-onderscheiding voor zijn redders
heeft aangevraagd.
Max Rens moest, als katholiek
gedoopte Jood, onderduiken in augustus 1942. De bezetters
hadden besloten alle katholiek gedoopte Joden naar
Westerbork, en naar Auschwitz te deporteren als
represaille tegen een pastorale brief van de bisschoppen
van Nederland, waarin werd geprotesteerd tegen de
behandeling van de Joden.
De heer en mevrouw Erkens boden
spontaan en belangeloos een onderduikplaats aan.
Rens bleef anderhalf
jaar bij Erkens. Toen gaf hij gevolg aan het verzoek van
het Verzet om naar Engeland te gaan langs een illegale
vluchtroute, om dan als militair arts de geallieerde
strijdkrachten te kunnen dienen. Hij heeft Engeland niet
bereikt, maar werd gearresteerd vlak voor hij de Spaanse
grens kon overschrijden. Na een bizarre tocht als
gevangene, door het oorlogvoerende Frankrijk, kwam hij
terecht in het concentratiekamp Dachau. Dit overleefde
hij, omdat niemand wist dat hij een Jood was: Joodse
onderduiker in een Duits concentratiekamp.






