Zie in elke mens je medemens

Vandaag herdenken wij weer de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog en ook de slachtoffers van de nasleep ervan  in Indonesië.
Nu, meer dan vijftig jaar na datum, vragen wij ons nog steeds af hoe is het mogelijk geweest, dat er op zo’n grote schaal misdaden werden gepleegd tegen de medemens.
Zit in die vraag niet het antwoord opgesloten?  Men, de overheerser, zag in die anderen, die wij de slachtoffers noemen, niet meer de medemens.
De Nazi’s hadden, voor het eerst in de moderne geschiedenis, zelfs een woord voor die anderen, die ze niet meer als medemens zagen, men noemde hen Untermenschen. Joden, zigeuners, homo’s, waren voor hen geen medemensen meer. Ze waren meer dan vijanden (of moeten we zeggen “minder dan vijanden”, zij waren Untermenschen.
Maar zit hierin niet het gevaar, ook in deze tijd, dat wij in die andere niet meer op de eerste plaats de medemens zien. Zouden de conflicten in het Midden Oosten niet al lang opgelost zijn, als Iraëliërs en Palestijnen in die ander niet de vijand maar de medemens zouden zien.
Of dichter bij huis, het conflict in Noord Ierland. Zien katholieken en protestanten op de eerste plaats de medemens of zien ze alleen die ander, die anders is, die anders denkt.
Zijn  ook de problemen, waar onze samenleving thans mee worstelt, niet terug te voeren tot het feit, dat men in die ander niet meer de medemens ziet.
Heel terecht wordt er (eindelijk!) weer geappelleerd aan normen en waarden. Is het niet een triest gegeven, dat we nu expliciet moeten spreken over het hanteren en toepassen van normen en waarden? Als weldenkend mens zou je toch mogen verwachten, dat normen en waarden de basisregels zijn van de omgang tussen mensen onderling. Ze zijn de ongeschreven grondwet van een menselijke samenleving. Het kenmerkende van basisregels is toch, dat men die nooit kan loslaten, zonder de samenleving zelf te ondermijnen.
Uit eigen ervaring  weten dit van de vereniging waar we lid van zijn, van het bedrijf waar we werken, maar dit is evenzo of nog sterker van kracht in onze gezinnen en in de samenleving als totaliteit.
De hedendaagse, individualistisch ingestelde mens, was bijna vergeten, dat een gezonde samenleving alleen maar kan bestaan, als wij in die ander op de eerste plaats een medemens zien. Dan hoeven wij geen politiek aktieplan te maken voor herstel van normen en waarden, dan zijn normen en waarden ingebed in onze houding naar die ander toe en zullen wij ook op dezelfde manier ons geaccepteerd weten door die ander.
Moet de vrede, waarnaar we allen streven en waarvoor we hier uiteindelijk voor bij elkaar zijn, niet beginnen in onze harten? Als wij deze les trekken uit de recente geschiedenis, dan pas laten wij de slachtoffers die wij vandaag hier en overal in het land herdenken, zien, dat zij niet voor niets zijn gestorven. Dan pas kunnen we met zekerheid stellen : “En dit nooit meer”.

Giel Coumans
29 dec. 2002